Deze omschrijving verklapt: kleine dingen

Twee jongens die net een geintje hebben uitgehaald met een verliefd stel bij een oud verlaten huis worden zelf het slachtoffer van een vreemde moord. Beide worden namelijk niet veel later door een vreemde kracht afgeslacht.

De eigenaar van het huis wordt door de politie geïnformeerd over de moord. Ze houden de vervallen staat van het huis verantwoordelijk voor het 'ongeluk'. Ze eisen dan ook dat het huis moet worden opgeknapt. Als men dit niet doet dan neemt de staat het over en dan zal het dus plat gaan.

Het huis is van de kerk. De leiding van deze specifieke kerk is net overgenomen door een jonge predikant, David. De nieuwe priester komt ook binnenkort dus besluit David het huis te laten opknappen zodat de nieuwe Priester daar tijdelijk kan gaan wonen met zijn familie later zal het huis dan worden verhuurt.

Tijdens het opknappen gebeurt er weer een dodelijk 'ongeval'. De politie was al ter plaatse omdat deze de doofstomme zoon van de bijwonende oude vrouw verdenken van de moorden. Het huis blijkt echter al een lange historie met de dood te hebben. In het meer achter het huis verdrinken regelmatig tieners en de vorige familie heeft het in zijn geheel niet overleefd.

De oude vrouw en moeder van de doofstomme man beweerd dat haar zoon al verloren is. Hij beschermt net als zijn vader deed zijn 'meesteres'. De politie zegt David dat die vrouw gek is en nemen haar dus niet serieus. Maar David vraagt verder en de vrouw verteld, nog steeds vaag, over een heks die 300 jaar eerder werd verdronken in het meer.

David besluit het archief er op na te slaan en doet een reeks verbijsterende en ongelooflijke ontdekkingen.